15 februari 2007

Grondzaken


Al wandelend bekijk ik graag de grond. Er zijn ontelbare verschillende tegels, ze vormen allerhande structuren, patronen vormen ons. Ook valt op dat de mens een vuil beestje is, overal vind ik de clochards onder de dingen. Wat men niet al weggooit. Maar het grondkijken brengt rust, het regelt het ritme van mijn denken. En het is ook een vorm van hoop. Als een klein grassprietje uit de straathuid komt gepriemd, merk je de onnoemlijke kracht van de natuur. Spreien mos bedekken de straatstenen, het leven is alom aanwezig. Zijn ook de korstmossen van mijn geest onuitroeibaar?

Geen opmerkingen: