14 april 2007

De G van Haan


Wij, Westvlamingen, bourgondiërs en notoire introverten, hebben een spraakprobleem. Dat is ons ingebakken en dus moeilijk uit te roeien. Daardoor komt het dat bij het voordragen van gedichten of het voorlezen van één of andere tekst, de 'h'- en/of de 'g'-klanken steeds gewisseld worden. Het vraagt een ongewone concentratie om de woorden op een goeie wijze uit te spreken. Zo'n dingen vallen op als er tevens Nederlanders aan het woord komen. Die gorgelen extra, ook een gewoonte die hen in de oven aangeboren is.

Geen opmerkingen: